De tarot is rijk aan symbolische beelden.
Overal in het spel zijn ze te vinden.
Enkele daarvan zijn:
Het lemniscaat is het symbool van oneindigheid. Een op zijn kant liggende 8.
Dit symbool komt veelvuldig voor n is zowel in het Oosten als in het Westen van betekenis omdat het ook verschijnt in Hindoe-danspatronen.
Vleugels worden in de tarot gebruikt om de spirituele essentie van de afgebeelde levensvorm aan te duiden.
Regenbogen wijzen op wderkeringheid van hemel en aarde, op de samenwerking van de werelden en het creëren van liefde.
Dieren hebben ook een symbolische betekenis. Paarden vertegenwoordigen de op aarde verschenen draak: godin Epona, Rhiannon, de merrie-Demeter wier manen kracht en vruchtbaarheid voorstellen, die de wind berijdt en geheimen fluistert.
De maan vertegenwoordigt intuïtie, emotiionele energie en mystieke zelfkennis.
Een nieuwe maansikkel wijst op vermogens die zullen toenemen, terwijl ee wassende maan op consolidatie wijst.
De maan beweegt zich elke maand snel door de dierenriem en duidt dus op veranderlijkheid, humeurigheid zelfs.
Verblind worden door weerspiegelingen op het wateroppervlak kan de vraagsteller afleiden van het zoeken naar verborgen diepten.
Bomen vertegenwoordigen het leven en de godin, twee energieën die niet van elkaar kunnen worden geschieden.
Elk soort boom stelt een specifiek aspect van haar creativiteit voor.
Zo vertgenwoordigen ook zuilen, afzonderlijk of in paren, de universele moeder.
Een veer, doorgaans wit. wijst traditioneel op waarheid.
Geel duidt op spirituele en intellectuele stimulering.
Groen is de kleur van harmonie en wordt traditioneel in verband gebracht met de hartchakra.