Wilt u reageren op dit bericht? Maak met een paar klikken een account aan of log in om door te gaan.
Spiritueel Wakker
Spiritueel en paranormaal forum
DIT FORUM IS GESLOTEN!! * * (gezien het feit dat er geen mogelijkheid is om het forum op slot te zetten maar alleen definitief te verwijderen, heeft het alleen nog een functie als data bank * *
De gregoriaanse kalender, een aanpassing van de daarvoor gebruikte juliaanse kalender, werd voor het eerst voorgesteld door de Napolitaanse arts Aloisius Lilius, en werd overgenomen door het Concilie van Trente (1545-1563).
Paus Gregorius XIII kon pas in 1582 met de bul Inter gravissimas deze kalenderhervorming doorvoeren. Bij de invoering liepen de weekdagen zonder onderbreking door: op donderdag 4 oktober volgde vrijdag 15 oktober 1582. Door het weglaten van die 10 dagen werd het begin van de lente teruggebracht naar 21 maart.
Het gemiddelde jaar in de juliaanse kalender telde exact 365,25 dagen, maar omdat het gemiddelde tropische jaar ongeveer 365,2422 dagen duurt, loopt de juliaanse datum elke duizend jaar ongeveer 7,8 dagen achter op de zon. Om deze afwijking te corrigeren, werd het systeem van schrikkeljaren aangepast, zodat elk jaartal dat deelbaar was door 4 maar ook door 100 voortaan geen schrikkeljaar is, behalve als het ook door 400 te delen is.
Dat betekent dat bijvoorbeeld 1600, 2000 en 2400 schrikkeljaren zijn, maar 1700, 1800, 1900, 2100, 2200 en 2300 niet. Het gemiddelde gregoriaanse jaar duurt derhalve 365,2425 dagen. Per 1000 jaren worden er daardoor gemiddeld 7,5 dagen gecorrigeerd.
Invoering van de gregoriaanse kalender
In de katholieke landen Spanje en Portugal werd de gregoriaanse kalender direct ingevoerd. Andere katholieke landen volgden binnen enkele jaren. In veel protestantse gebieden werd de nieuwe kalender pas rond 1700 aanvaard. In Nederland aanvaardden Holland, Zeeland en de zuidelijke gewesten vrijwel onmiddellijk de nieuwe kalender maar de overige gewesten deden dit pas in 1700 of in 1701.
Gevolg was bijvoorbeeld dat de tornado die de Utrechtse Domkerk op 1 augustus 1674 in twee stukken splitste, in geschriften die de oude kalenderstijl hanteerden, gedateerd is op 22 juli.
In Engeland werd de gregoriaanse kalender de dag na 2 september 1752 ingevoerd. Die dag werd toen 14 september. Er werd daarna gesproken van Old Style en New Style. Er waren in het land vele opstootjes, want het volk eiste de hun ontnomen 11 dagen terug (men dacht werkelijk dat men 11 dagen eerder dood ging).
Schotland daarentegen voerde omwille van de handel de kalender al in 1600 in. Japan stapte pas in 1893 over op de gregoriaanse kalender, het revolutionaire Rusland in 1918. Het verschil tussen beide kalenders was intussen tot 13 dagen opgelopen, zodat op 31 januari 1918 onmiddellijk 14 februari volgde.
Doordat de Russische revolutie drie maanden voor deze hervorming plaatsgevonden had, op 25 oktober 1917, kreeg deze hervorming een vreemd gevolg: de eerste herdenking van de Oktoberrevolutie, uiteraard 365 dagen later, viel niet in oktober maar op 7 november. Griekenland volgde in 1924. Het laatste land dat de gregoriaanse kalender officieel invoerde was Turkije in 1927.
Kerkelijk gebruik
Katholieken en protestanten gebruiken de gregoriaanse kalender. Van de Oosters-katholieke Kerken gebruiken sommige de gregoriaanse en andere de juliaanse kalender.
Sommige Oosters-orthodoxe Kerken gebruiken ook nu nog de oude juliaanse kalender voor de bepaling van feestdagen. Dit is de reden dat in Rusland kerstfeest op 7 januari gevierd wordt.
Voor de Oosters-orthodoxe Kerken wordt een onderscheid gemaakt tussen: De orthodoxen-oude-stijl (Jeruzalem, Rusland, Georgië, Servië en de Heilige Berg Athos) gebruiken de juliaanse kalender. Deze loopt nu 13 dagen achter op onze kalender.
De orthodoxen-nieuwe-stijl (Constantinopel (nu Istanbul), Alexandrië, Antiochië, Griekenland, Cyprus, Roemenië, Polen en Bulgarije gebruiken de gregoriaanse kalender voor feestdagen op vaste dagen (onder meer Kerstmis en Epifanie), maar de juliaanse kalender voor feesten gerelateerd aan de paascyclus.
De Fins-orthodoxe kerk en de Estisch-orthodoxe Kerk (Oecumenisch patriarchaat van Constantinopel) gebruiken uitsluitend de gregoriaanse kalender en zijn hierdoor een uitzondering ten opzichte van alle andere Oosters-orthodoxe Kerken.
De Oriëntaals-orthodoxe Kerken gebruiken uitsluitend de juliaanse kalender, behalve de Armeens-apostolische Kerk, die de gregoriaanse kalender gebruikt.
De Syrisch-orthodoxe Kerk gebruikt alléén voor Kerstmis de gregoriaanse kalender.
Effect van de aardrotatie
De Belgische sterrenkundige Jean Meeus heeft berekend dat door de onregelmatige vertraging van de aardrotatie er zes schrikkeldagen moeten komen te vervallen tot en met het jaar 10 000. Doordat hij het lente-tropisch jaar gebruikt dat loopt van de lente-equinox tot de eerstvolgende lente-equinox in plaats van het gemiddelde tropische jaar, dit om het begin van de lente op 19, 20 of 21 maart (op het noordelijk halfrond) te kunnen houden, moeten daarom na het jaar 7999 vier schrikkeldagen vervallen. Er wordt - niet door Jean Meeus zelf - uitgegaan van het volgende schema: de jaren 4000, 6000, 7200, 8400, 9200 en 10000, die nu schrikkeljaren zijn, moeten dan gewone jaren gaan worden.
De juliaanse kalender is de van oorsprong Romeinse kalender die vervolgens gebruikt werd in het grootste deel van de christelijke wereld. Hij werd in de loop van de 16e tot de 20e eeuw geleidelijk aan verdrongen door de gregoriaanse kalender, die eigenlijk niet meer dan een correctie is van de juliaanse.
De juliaanse kalender is genoemd naar Julius Caesar, die hem, in zijn hoedanigheid van Pontifex Maximus (hoofd van de Romeinse eredienst) in 45 v.Chr. invoerde als finale correctie op de Romeinse versie van de Egyptische kalender. Die was eerder reeds door Alexander III de Grote onder invloed van het Hellenisme over het hele Middellandse Zeegebied verspreid geraakt. Op advies van de Alexandrijnse astronoom Sosigenes legde Caesar een jaar van 365,25 dagen vast, door om de vier jaar een extra dag toe te voegen. Deze duur was vanouds reeds door de Egyptenaren bepaald en het is een vrij goede benadering van het tropisch jaar (het jaar gebaseerd op het verloop van de seizoenen), hoewel in Caesars tijd al een nauwkeuriger waarde bekend was.
Een jaar volgens de juliaanse kalender is in praktijk elf minuten langer dan het tropisch jaar. Daardoor loopt de kalender in duizend jaar 7,6 dagen achter op de zon. Deze fout werd in 1582 met de gregoriaanse kalender hersteld. Het verschil tussen beide kalenders zit erin, dat de gregoriaanse kalender per 400 jaar 3 schrikkeljaren minder telt dan de juliaanse kalender: in de gregoriaanse kalender zijn alle hele eeuwjaren die geen veelvoud zijn van 400 geen schrikkeljaar (al zijn ze uiteraard wel door 4 deelbaar). De jaren 1700, 1800, 1900, 2100, 2200 en 2300 zouden in de juliaanse kalender schrikkeljaren zijn, in de gregoriaanse zijn ze dat niet. De jaren 1600, 2000, 2400 enzovoorts zijn ook in de gregoriaanse kalender schrikkeljaren.
De juliaanse kalender werd in vrijwel heel het Romeinse Rijk gebruikt. Ook lokale en regionale kalenders werden aan het model van de juliaanse aangepast. Zo wijzigde keizer Augustus de Egyptische kalender door de invoering van een schrikkeldag om de vier jaar.
Bij de opkomst van het christendom werd de juliaanse kalender ook gebruikt om de data van de christelijke feestdagen, in het bijzonder Pasen, te bepalen. Daardoor kwam het dat de kerk veel belang hechtte aan de kalender.
De juliaanse kalender wordt thans nog gebruikt door de Oriëntaals-orthodoxe Kerken en sommige Oosters-orthodoxe Kerken, de zogenaamde "oude stijl"-kerken. Deze laatste omvatten de kerken van Jeruzalem, Rusland, Oekraïne, Servië, Georgië, Polen en de kloosters van het schiereiland Athos. De orthodoxen-nieuwe-stijl (Constantinopel (nu Istanboel), Alexandrië, Antiochië, Griekenland, Cyprus, Roemenië, Bulgarije gebruiken de gregoriaanse kalender voor feestdagen op vaste dagen (onder meer Kerstmis en de feesten rond de jaarwisseling), maar de juliaanse kalender voor feesten gerelateerd aan de paascyclus.
De Orthodoxe Kerk van Finland, Estland en enkele orthodoxe parochies in de diaspora, voornamelijk een aantal in Tsjechië en Slowakije gebruiken de gregoriaanse kalender. Sommige Oosters-katholieke Kerken gebruiken de gregoriaanse kalender en andere de juliaanse kalender. Behalve de Russisch-orthodoxe Kerk gebruikte ook de Russische staat in het verleden de juliaanse kalender; vandaar dat de Oktoberrevolutie in de Westerse maand november plaats vond. Rusland schakelde pas na de Oktoberrevolutie over op de gregoriaanse kalender.
Onderwerp: Christelkijke Jaartelling - Anno Domini za 16 nov - 9:02
De christelijke jaartelling is de jaartelling die door de Scytische monnik Dionysius Exiguus werd gecreëerd als hulpmiddel bij het opstellen van zijn paastabel en die hij, overigens op dat moment zonder succes, in of kort na het jaar 525 presenteerde aan officiële vertegenwoordigers van paus Johannes I. De christelijke jaartelling is in veel landen, in het bijzonder in de westerse wereld, de gebruikelijke jaartelling.
De christelijke jaartelling, ook Anno Domini-jaartelling genoemd, was door Dionysius Exiguus bedoeld te beginnen met de incarnatie van Jezus. Hij had zijn tabel namelijk gebaseerd op de indicties van Diocletianus, maar schreef naar de bisschop Petronius: "Wij hebben niet gewild onze cycli met de herinnering van een goddeloze en vervolger (d.i. Diocletianus) te verbinden, maar wij hebben eerder gekozen vanaf de incarnatie van onze Heer Jezus Christus (ab incarnatione Domini nostri Jesu Christi) de jaarperiodes te markeren, aangezien hieruit het begin van onze notie van onze hoop zou blijken, en de reden van het herstel van de mensheid, dit is, het lijden van onze Verlosser, duidelijk aan het licht zou komen."
Volgens moderne historici werd Jezus, ervan uitgaand dat hij bestond, echter een aantal jaren voor het jaar 1 geboren. De christelijke jaartelling geeft dus niet exact aan hoeveel jaren er zijn verstreken sinds het moment dat Jezus werd geboren (het verschil is ongeveer vier jaar).
Een andere jaartelling, die in werkelijkheid nog niet bestond in de Romeinse oudheid, is de Anno Urbis Conditae jaartelling. Deze jaartelling werd pas omstreeks het jaar 400 (na Chr.) voor het eerst systematisch gebruikt door de Iberische historicus Orosius.
Hoewel Dionysius Exiguus deze jaartelling waarschijnlijk wel kende (maar niet gebruikte), schijnt paus Bonifatius IV (omstreeks het jaar 600) de eerste te zijn geweest die het verband tussen deze jaartelling en de christelijke jaartelling (AD 1 = AUC 754) onderkende. De daadwerkelijke ingebruikname van de christelijke jaartelling als een volwaardig systeem voor het dateren van historische gebeurtenissen, geschiedde pas in de achtste eeuw door toedoen van de befaamde Engelse chronoloog (= beoefenaar van de chronologie) en historicus Beda Venerabilis.
Het was pas in de tiende eeuw dat de christelijke jaartelling voor het eerst werd gebruikt voor het dateren van een pauselijk document (namelijk AD 967) en pas in de tweede helft van de elfde eeuw nam de kerk van Rome de christelijke jaartelling definitief in gebruik. Onderscheid dient te worden gemaakt tussen de twee complementaire begrippen jaartelling en kalender.
Gedurende al die tijd dat de christelijke jaartelling al in gebruik is (dus van de achtste eeuw tot op de huidige dag) is de bijbehorende (Romeinse) kalender, sinds het concilie van Nicaea (in het jaar 325) de officiële kalender van de kerk, slechts eenmaal veranderd, namelijk in het jaar 1582.
De Romeinse kalender heeft sinds de stichting van Rome in de achtste eeuw voor Chr. in vele achtereenvolgende gedaanten tot op de huidige dag bestaan. De voorlaatste gedaante van de Romeinse kalender was de juliaanse kalender (van -46 tot 1582), de laatste de gregoriaanse kalender (vanaf het jaar 1582). De christelijke kalender, dat wil zeggen de bij de christelijke jaartelling behorende kalender, was dus van 325 tot 1582 identiek aan de juliaanse kalender en daarna aan de gregoriaanse.
We kunnen niet zomaar spreken van de Romeinse jaartelling, of het zou de Anno Urbis Conditae jaartelling moeten zijn. Toen deze in gebruik genomen werd, was er echter al meer dan een millennium van de geschiedenis van Rome voorbij. Dat we daarentegen wel spreken van de christelijke jaartelling wordt gerechtvaardigd door het feit dat deze door Dionysius Exiguus bedoeld was te zijn begonnen met Jezus’ incarnatie. Dat Jezus in werkelijkheid reeds een half decennium voor het jaar 1 werd geboren doet daar niets aan af.